Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ja, Ik zal de armen des konings van Babel sterken, maar Farao's armen zullen [68]daarhenen vallen; en zij zullen weten, dat Ik de HEERE ben, als Ik Mijn zwaard in de hand des konings van Babel zal hebben gegeven, en hij datzelve over Egypteland zal hebben uitgestrekt. 68. Al zijn macht en moed zal hem begeven.